“Zit je nou weer plaatjes van eten te bekijken”, hoor ik achter me. En ja, dat kan ik eindeloos doen, als ik er de tijd voor zou hebben! Op Instagram scroll ik langs mooie foto’s en op Pinterest zie ik prachtige gerechten, waarbij het water me in de mond loopt, voorbij komen. Vorige week zag ik er zo’n mooie tomaten tarte tatin, echt zo mooi. Ik wilde die meteen maken! En zo geschiedde…
Voor deze tarte tatin gebruikte ik het recept uit Joie de Vivre, het kookboek van het blog La Tartine Gourmande. Het boek staat vol met heerlijke, lichte recepten. Van hapjes, lekkere tartines, salades, mini-quiches, pasta’s en taartjes. De moderne en lichte Franse keuken. Alhoewel sommige gerechten een oosters tintje hebben. Béatrice bracht haar jeugd door op het franse platteland. Omgeven door veel groen, wilde bloemen in de velden en boomgaarden met fruitbomen. Als je door het boek bladert, waan je je in Frankrijk. Zittend op het terras van je huis op het Franse platteland, met een moestuin binnen handbereik, waarin je natuurlijk net rijpe tomaten hebt geplukt.
De tarte tatin is zoet en hartig tegelijk. De gekarameliseerde suiker en de hartige, toch zoete tomaat, is een verrassende combinatie. Ze heeft trouwens ook een recept voor tomaten tarte tatin online staan, maar dat is weer net even anders.
De honingtomaatjes in dit gerecht zijn mij via de foodybox toegezonden. En ik zal maar meteen eerlijk bekennen, de tomaatjes lekkerder zijn dan die uit de tuin.
2
Wauw Marleen, wat een prachtige foto’s weer! Krijg er nu meteen zin in. Tot zaterdag gezellig!
Thanks Anne-Ruth en tot zaterdag!
Ooh wat ziet het er weer prachtig uit. Ook je post over vlierbloesem heb ik bij alle grote bloggers op pinterest gezien. En terecht want het is prachtig. Heerlijk idee een tarte tatin, weer gauw eens maken.
Liefs Suus
Dank je Suus! Ja, ik zag mijn eigen foto ook ineens op Pinterest voorbij komen. Leuk is dat! Wonderlijk moment toch, als zo’n foto een eigen leven gaat leiden. Liefs, Marleen
Beste Marleen,
Voor hoeveel personen is bovenstaand recept?
Dank je, Arthur