Bonen

HomeGroenteBonen

Paarse bonen, prinsessenbonen, gele boterbonen, haricots verts, zwarte bonen en Chinese bonen. Boontjes met namen die tot de verbeelding spreken zoals Het heilige boontje of Overvloed.
De droogbonen zoals flageolettes en borlotti. Op de verpakking lees je dat bonen ook nog eens zijn ingedeeld in de soorten stokslaboon, pronkboon, stamboon, snijboon of spekboon. En dan kun je nog kiezen voor een roodbloeiende soort. Er zijn gewoon te veel bonen om te zaaien! Ik kies meestal voor een dunne boon, een boon die ik kan bewaren en een dikke, lange boon. Om het een beetje eenvoudig te houden.

Bonen zaaien

Bonen zaai je in mei. Niet eerder, want ze hebben veel warmte nodig. Ik zaai ze altijd eerst thuis en plant ze buiten als de plantjes ongeveer 15 cm groot zijn. Dat doe ik omdat het boontje een zeer gewilde snack is van muizen en vogels.
Voor het planten maak ik eerst een rek van lange bamboestokken. Je kunt natuurlijk ook lange takken gebruiken. Ik zet twee stokken schuin tegen elkaar en dat herhaal ik een aantal keren. Bovenin leg ik een stok dwars en dan bind ik de stokken vast. Bij iedere stok zet ik drie bonenplantjes.
Bonen kun je ook goed in een pot of vierkantemetertuin zaaien. De lage stambonen en pronkbonen zijn daarvoor heel geschikt. Gebruik je een pot, zorg dan voor een goede afwatering door wat potscherven op de bodem te leggen. Houd de grond in het begin goed vochtig zodat de zaden kunnen kiemen.
Pronkbonen, spekbonen en stokslabonen hebben steun nodig. Zet drie bamboestokken of takken in het vakje of de pot en maak een wigwam. Bind de bovenkant vast met touw. Zet je pot op een zonnige plek en geef bij warm en zonnig weer dagelijks water. Vanaf juli tot in oktober kun je oogsten.

Bonen

Waar je op moet letten

Vogels en muizen zijn dol op de boontjes die je net in de grond hebt gestopt. Zaai je direct buiten, gebruik dan een kokertje van gaas om de bonen te beschermen. Ook de plantjes die je net in de grond hebt gezet, bescherm je het beste met zo’n kokertje van gaas.

Leuke soorten

  • Blauhilde, een klimmer met paarse peulen. Let op: tijdens het koken worden ze groen.
  • Borlotti, een klimmer met decoratieve peulen om te doppen. De boontjes kun je vers gebruiken maar ook drogen. Ze hebben een kruidige smaak.
  • Canadian Wonder, een lage boon met prachtige rood, roze boontjes. Om te drogen.
  • Flageolet, een boon die je dopt. Zowel vers als om te drogen.
  • Prinsessenboon, een klimmer met veel dunne en lange peulen.

Tips

  • De zaden kiemen niet als het koud is, zaai daarom pas in mei
  • Stambonen worden lage struikjes en stokbonen zijn klimmers
  • Maak een bonenrek voor klimmers
  • Last van muizen? Bescherm de plantjes met een koker van gaas